Home » Nieuws » Amber’s zoektocht naar darmgezondheid

Amber’s zoektocht naar darmgezondheid

18 juni 2025

Een reis door zelfonderzoek, geneeskunde en alternatieve zorg

Door Amber van Offenbeek, geneeskundestudent aan het Amsterdam UMC, locatie VUmc

Van eczeem tot uitputting: klachten die niet als samenhangend werden herkend

Mijn zoektocht naar gezondheid begon al vroeg. Als baby had ik hevig eczeem, zonder duidelijke oorzaak. Pas toen mijn ouders bij een huisarts terechtkwamen die ook werkte met homeopathie en acupunctuur, kwam er verandering. Hij ontdekte diverse allergieën en met een aangepast dieet verdwenen mijn klachten grotendeels. Maar zodra ik iets at wat ik niet verdroeg, kwamen de klachten direct terug in de vorm van eczeem, vermoeidheid, hoofdpijn, buikpijn of uitslag.

Rond mijn 22e verschoof het patroon. De klachten werden intenser en complexer: nachtelijke buikpijn, haaruitval, nieuwe voedselintoleranties, uitputting, paniekaanvallen, migraine en hersenmist. Mijn studie Geneeskunde moest ik zelfs tijdelijk onderbreken.

Zelfonderzoek als noodzaak: geen antwoorden in de reguliere zorg

Bij de huisarts kreeg ik geen samenhangend antwoord. De klachten werden afzonderlijk benaderd: voor mijn huid kreeg ik zalf, de haaruitval werd als mogelijk blijvend bestempeld en veel andere klachten werden genegeerd. Ik voelde me niet gehoord – en besloot zelf op onderzoek uit te gaan.

Mijn zoektocht was in de kern een vorm van zelfonderzoek. Niet alleen praktisch – door therapieën te proberen, behandelaren te raadplegen en boeken te lezen – maar ook als systematische reflectie op mijn lichaam, symptomen en de reactie op interventies.

Omdat mijn vertrouwde integratieve huisarts met pensioen was, moest ik zelf navigeren in de wereld van complementaire zorg. Dat bleek een uitdaging: de kosten zijn hoog, de visies uiteenlopend, en het aanbod is overweldigend en van wisselende kwaliteit. Wat werkt nu echt en wie verkoopt slechts een belofte?

Uiteindelijk besloot ik zelf orthomoleculaire therapie te gaan studeren. Vanuit die visie leerde ik over verhoogde darmdoorlaatbaarheid – leaky gut – en ontdekte het effect van gerichte suppletie. Mijn klachten namen af, maar verdwenen niet volledig.

Ayurveda, darmgezondheid en nieuwe inzichten

Een jaar later volgde ik een traditionele Ayurvedische behandeling: panchakarma. Binnen een week begon mijn haar opnieuw te groeien. Mijn slaap verbeterde, mijn darmen kwamen tot rust en ik kreeg nieuwe inzichten vanuit de Ayurvedische visie. Stress bleek, naast voeding, een belangrijke trigger van mijn klachten.

Volgens Ayurveda was er sprake van een vata-disbalans – een constitutie die gevoelig is voor stress en mentale onrust. Dit zou kunnen verklaren waarom ik zoveel last had van onder andere slapeloosheid, buikpijn en vermoeidheid. Het gaf me een nieuw kader om mijn klachten te begrijpen en ermee om te gaan.

Deze ervaringen versterkten mijn besef dat persoonlijke ervaringen en zelfonderzoek een waardevolle aanvulling zijn op medische kennis – zeker bij complexe, moeilijk meetbare klachten.

De kloof tussen reguliere en alternatieve zorg

Deze ervaringen maakten me ook pijnlijk bewust van de beperkingen van zowel reguliere als alternatieve zorg. Tijdens mijn coschappen zie ik hoe de oprechte intentie van artsen soms botst met het gebrek aan handvatten voor ‘vage’ klachten. De zorg is sterk gespecialiseerd, wat veel mogelijk maakt, maar ook betekent dat het grotere geheel soms uit beeld raakt.

Om specifieke aandoeningen uit te sluiten, worden patiënten vaak naar verschillende specialisten gestuurd. Als er geen afwijkingen worden gevonden, wordt al snel gedacht: “het is psychisch” of “er is niets aan de hand”. Met als gevolg dat patiënten achterblijven zonder oplossing. Deze houding kan maken dat patiënten aan zichzelf gaan twijfelen en geloven dat ze zich er maar bij neer moeten leggen.

Maar dat iets niet meetbaar is met reguliere diagnostiek, betekent niet dat iemand gezond is of zich aanstelt. De klachten zijn echt – en kunnen een enorme impact hebben op iemands leven. Artsen hebben aanzien, en veel patiënten geloven hun als hen wordt verteld dat er niets meer gedaan kan worden. Terwijl ik geloof dat er wél degelijk mogelijkheden zijn om mensen te begeleiden naar betere gezondheid.

Als coassistent hoor ik regelmatig dat alternatieve therapieën als onzin worden beschouwd en dat alternatieve therapeuten misbruik maken van kwetsbare groepen. Sommige artsen denken dat dergelijke therapieën wel baat kunnen hebben, maar weten er te weinig van om patiënten goed te begeleiden. Veel van deze scepsis komt, denk ik, voort uit angst voor het onbekende en uit een oprechte wens om patiënten te beschermen tegen slechte zorg. Tegelijkertijd worden daardoor ook veel mensen onbedoeld aan hun lot overgelaten, omdat de reguliere zorg er zelf ook niet altijd raad mee weet.

In mijn zoektocht heb ik ervaren dat sommige alternatieve therapeuten inderdaad onvoldoende onderlegd zijn. Artsen hebben doorgaans een gedegen opleiding, terwijl veel alternatieve opleidingen relatief kort zijn – terwijl ze wél het mandaat geven zelfstandig patiënten te behandelen. Bij complexe klachten is dat, naar mijn mening, onvoldoende. Maar dat betekent niet dat alternatieve therapieën en traditionele geneeswijzen geen waarde hebben. Juist bij klachten in het grijze gebied tussen ziek en gezond, is veel kennis en ervaring te vinden. Elke benadering draagt een stukje van de puzzel bij – vooral als het gaat om het ondersteunen van het lichaam om vanuit disbalans terug te bewegen naar gezondheid.

Zelfonderzoek als brug tussen systemen

Mijn ervaringen als patiënt, therapeut en geneeskundestudent hebben me geleerd dat we pas écht verder komen als we de werelden van reguliere, integratieve en alternatieve zorg met elkaar verbinden. Zelfonderzoek speelt hierin een sleutelrol: het geeft patiënten grip, kennis en de mogelijkheid hun eigen gezondheid beter te begrijpen.

Tijdens mijn opleiding doe ik onderzoek naar hoe deze verschillende zorgsystemen gezamenlijk kunnen bijdragen aan betere begeleiding van patiënten met terugkerende, moeilijk te verklaren darmklachten. Daarbij neem ik mijn eigen ervaringen als casus mee – als vorm van ervaringsdeskundig én systematisch zelfonderzoek.

Wat ik heb geleerd over darmgezondheid

Hoewel ik nog steeds niet alle antwoorden heb, leerde mijn zoektocht me veel:

  • Voeding, stress, slaap, microbioom en leefstijl spelen een grote rol – maar per persoon verschilt wat de klachten triggert.
  • Leefstijl is niet altijd de oorzaak, maar kan – in mijn ervaring – wel een krachtig middel zijn om klachten te verlichten. Zo helpen dagelijks 400+ gram groenten, voldoende beweging en stressmanagement mij om in balans te blijven.
  • Gerichte suppletie kan bijdragen aan herstel.
  • Traditionele behandelvormen, zoals panchakarma, kunnen verrassende effecten hebben.

Ervaringskennis als onmisbare bron

Wat voor mij werkt, hoeft niet voor anderen te gelden. Maar ik deel mijn verhaal omdat ik geloof dat ervaringskennis én zelfonderzoek serieus genomen moeten worden. Niet als vervanging van medische expertise, maar als noodzakelijke aanvulling.

Pas als we patiënt, arts en therapeut samenbrengen – met ruimte voor verschillende perspectieven én met erkenning voor het grijze gebied tussen ziek en gezond – ontstaat er zorg die echt verschil maakt.

Over Amber
Amber van Offenbeek studeert Geneeskunde aan het Amsterdam UMC (locatie VUmc) en doet onderzoek naar de samenwerking tussen reguliere, integratieve en alternatieve behandelmethoden. Haar persoonlijke ervaring met zelfonderzoek naar darmgezondheid vormt een belangrijke inspiratiebron binnen dit onderzoek.

Een reis door zelfonderzoek, geneeskunde en alternatieve zorg - Amber's zoektocht naar darmgezondheid